Essentiële voedingsstoffen voor planten zijn elementen of verbindingen die nodig zijn voor de groei, ontwikkeling en voortplanting van planten. De behoeften aan deze voedingsstoffen variëren en spelen een cruciale rol in verschillende fysiologische en biochemische processen in planten. Afhankelijk van hoeveel een plant nodig heeft, worden essentiële voedingsstoffen over het algemeen onderverdeeld in twee hoofdcategorieën: macronutriënten en micronutriënten.
Belangrijkste macronutriënten:
Planten hebben relatief grote hoeveelheden van deze voedingsstoffen nodig.
Koolstof (C): Verkregen uit kooldioxide tijdens fotosynthese, vormt de ruggengraat van organische verbindingen.
Waterstof (H): Verkregen uit water, het is een bestanddeel van organische verbindingen.
Zuurstof (O): Verkregen uit koolstofdioxide en water, het is essentieel voor ademhaling en fotosynthese.
Stikstof (N): Belangrijk voor de vorming van eiwitten, nucleïnezuren en chlorofyl.
Fosfor (P): essentieel voor structurele componenten zoals energieoverdracht (ATP), nucleïnezuursynthese en celmembranen.
Kalium (K): Speelt een rol bij de waterregulatie, enzymactivering en de algehele plantengroei en -ontwikkeling.
Secundaire macronutriënten:
Planten hebben minder van deze voedingsstoffen nodig dan macronutriënten, maar meer dan micronutriënten.
Calcium (Ca): Belangrijk voor celwandvorming, enzymfunctie en algehele structurele integriteit van de plant.
Magnesium (Mg): Het kernbestanddeel van chlorofyl, dat essentieel is voor fotosynthese en enzymactivatie.
Zwavel (S): Noodzakelijk voor aminozuursynthese en eiwitstructuur.
Micronutriënten:
(ook wel sporenelementen genoemd): Deze voedingsstoffen zijn minder nodig maar zijn net zo belangrijk.
IJzer (Fe): Belangrijk voor de chlorofylsynthese en elektronentransport bij fotosynthese.
Mangaan (Mn): Betrokken bij fotosynthese, enzymactivering en stikstofmetabolisme.
Zink (Zn): Vereist voor de enzymfunctie, auxinesynthese en algehele groeiregulatie.
Koper (Cu): Betrokken bij enzymactivering en elektronentransport.
Borium (B): Vereist voor celwandvorming, suikertransport en reproductieprocessen.
Molybdeen (Mo): vereist voor het stikstofmetabolisme en de enzymfunctie.
Chloor (Cl): Betrokken bij fotosynthese en waterbeweging in planten.
Nikkel (Ni): Noodzakelijk voor de stikstofstofwisseling, vooral in peulvruchten.